Melkende zwarte wegmieren.

 

De verkenner van de zwarte wegmier is altijd op speurtocht naar eten voor de mierenkolonie. Komt hij onverhoopt in huis en vindt hij genoeg kruimels op bijvoorbeeld de keukenvloer of in de keukenkastjes , waar een geopend pak suiker en potten met jam en pindakaas staan, dan is het hek van de dam. Dan haalt hij al zijn vrienden erbij die dan in colonne het etenswaar komen halen. Dat is natuurlijk een regelrechte ramp want dit leger wat uit honderden mieren kan bestaan die verdrijf je niet zomaar uit je huis. Op onderstaande foto is zo’n leger mieren te zien die druk bezig zijn en bij de dikke treurwilg is goed te zien dat al aardig wat grond is verplaatst voor het maken van hun nest met de vele gangen. Het is zelf zo dat ze de fundering van een huis in de loop der jaren kunnen laten verzakken. Een hele prestatie van zo’n klein beestje.

 

 

En vinden ze een plant of struik met luizen, dan gaan ze die melken. Door de luizen met hun antennes aan te raken produceren de luizen een druppel meeldouw. Meeldouw is een zoetige supstantie waar deze mieren gek op zijn. Op de onderstaande foto zijn er een paar van die druppels te zien. Ze zijn er zo gek op dat ze een aantal luizen ontvoeren en in aparte gangen opslaan zodat dicht bij huis een constante voedselbron hebben. Ook in de winter zijn de ontvoerde luizen de supermarkt voor de mieren. Als de winter voorbij is en de plant of struik weer bladeren hebben, brengen de mieren de luizen weer naar die struik of plant waar ze vandaan kwamen.

 

 

De voortplanting van deze mieren vindt plaats in juli en augustus. De vruchtbare koningin met haar dochtersen de vruchtbare mannetjes hebben vleugels en vormen dan zwermen in de lucht en daar worden de vrouwtjes bevrucht. Heel bijzonder is dat het sperma negen jaar werkzaam blijft, en dat is maar goed ook want ze raken hun vleugels kwijt en kunnen dan geen paringszwerm uitvoeren. Overigens gaan de meeste mannetjes dood als ze weer op de grond zijn geland. Ook de koningin trekt met haar kaken de vleugels van haar lichaam. Dan graaft ze een gat waar ze eieren in legt waaronder de werksters die haar dan gaan voeden en dat is hard nodig ook, want met dat graven en het leggen van de eieren verbrandt ze bijna al haar vetreserves. Uit de bevruchte eitje komen de vrouwtjes en uit de onbevruchte de mannetjes.Ook heel bijzonder is dat de werksters sommige larven voeden met een speciaal brouwsel die ze produceren en er zorg voor dragen dat het koninginnen worden. De larven die dit brouwsel niet krijgen kunnen dan ook geen koningin worden.

 

 

Het nest van de zwarte wegmier is ook bijzonder om het gangenstelsel van tunnels en kamers..De kolonie kan wel tot een meter diep in de grond zitten. In een van die kamers bevindt zich de koningin met haar eieren. Maar omdat de temperatuur gereguleerd moet worden doordat b.v. de tegels waar ze onder zitten in de zomer bloed heet worden, moeten ze regelmatig de larven en eitjes met de koningin verplaatsen naar een andere diepere kamer waar de temperatuur aangenamer is. Wordt het te koud dan wordt alles weer verplaatst. De poppen worden net als het voedsel (incl. luizen) weer in andere kamers opgeslagen. Overigens zijn er ook rustkamers waar de bezige mieren weer even tot rust kunnen komen.