Natuurlijk gecamoufleerd met nijptang.

 

 

Op het eerste gezicht slaat de titel totaal nergens op als je dit fragiele gevleugelde insect ziet, waarom de titel zo dreigend overkomt zal straks duidelijk worden. Maar eerst zijn naam, hij wordt gaasvlieg en goudoogje genoemd. Ze eten bladluizen, stuifmeel en nectar en heel soms eten ze ook wel eens een bloemblaadje. Maar ze zijn niet schadelijk, juist het tegenovergestelde is waar.. Omdat zowel de larven als de volwassen beestjes veel luizen eten zijn ze juist heel welkom. Alleen zie je ze niet veel omdat het avond ja zelfs nachtdieren zijn.

 

 

Foto 2 is een bijzondere foto omdat je hem zó maar heel zelden ziet, want normaal zijn ze gecamoufleerd en dat is op deze foto niet het geval, maar zijn vervaarlijk uitziende tang waar hij de luizen mee pakt zijn hier goed te zien. Op de andere foto’s van de larven is zijn camouflage wel goed zichtbaar. Als ze een luis of een ander diertje hebben leeggezogen plakken ze de overblijfselen op hun rug als zijnde trofeeën. Natuurlijk doet hij dat om zich te camoufleren zodat de jagende beestjes en vogels denken dat het stof is of zo. Want met het blote oog lijken ze ook op stofjes op een blad. Maar omdat je ze vaak weliswaar langzaam ziet bewegen vallen ze pas op dat het iets is wat leeft. Best grappig om te zien dat een “stofje” ineens gaat bewegen…

 

 

In Nederland komen er ongeveer 20 soorten voor de bekendste en meest voorkomende is de groene gaasvlieg. Maar het zijn geen vliegen soort maar het zijn netvleugeligen en kunnen tussen de 2,5cm tot 3 cm groot worden. De naam hebben ze uiteraard te danken aan de grote doorzichtige vleugels waar de aderen op een gevlochten net lijkt. Het liefst verblijven ze op open velden en langs randen van het bos. Het vrouwtje kan op de bladeren tot 500 eitjes leggen die op steeltjes staan om de rovers te misleiden. De weg naar de volwassenheid gaat over drie etappes. Namelijk: eitje, larve (die verschillend van de soort verschillende malen vervellen) en zich dan verpoppen waarna de gaasvlieg uit de pop kruipt, de totale ontwikkeling duurt 1 à 2 maanden, afhankelijk van de temperatuur.

 

 

De volwassen diertjes overwinteren door zich te verschuilen in spleten en scheuren van bomen maar ook in opgestapeld hout en in opgerolde bladeren, zelfs bij ons binnen zoals de lieveheersbeestjes dat ook regelmatig in grote getalen dit kunnen doen. De gaasvlieg komt op het licht af vandaar dat ze als je bij een open veld woont deze naar binnen proberen te komen. Dat is de enige overlast die ze kunnen geven want het zijn vooral erg nuttige beestjes die het luizen aantal binnen de perken houdt. Maar ook als ze in de late herfst verpoppen kunnen ze onze winters overleven.

 

 

Omdat ze erg nuttig zijn worden ze in het buitenland dan ook gekweekt om de overlast van de luizen op te lossen. Ze komen overal ter wereld voor behalve in erg koude streken. Dus al met al een mooi en bijzonder beestje met twee verschillende gezichten. Vergeet ik nog te zeggen dat ze een knap kunstje kunnen uitvoeren, dat is namelijk verkleuren weliswaar niet zo snel als een kameleon, maar ze kunnen van groen naar bruin en sommige beweren dat ze zelfs ook naar de kleur blauw kunnen verkleuren.